Impressie van ons bezoek aan Mulhouse in juli 2007.
De stad Mülhausen wordt voor het eerst vermeld in documenten uit 803. De stad had in het Romeinse Rijk de status van vrijstad. De stad en de streek er omheen was een min of meer onafhankelijke republiek, tot de annexatie door Frankrijk in 1798. Van 1871 tot 1918 (en van 1940 tot 1945) was Mulhouse in Duitse handen, zoals de rest van Elzas-Lotharingen.
In de Duitse tijd zijn ook de spoorwegen aangelegd. De treinen rijden hier rechts, in tegenstelling tot de rest van Frankrijk. In Mulhouse zie je zowel Frans als Zwitsers materieel. In dit deel van Frankrijk is de bovenleidingspanning 25 kV 50 Hz, in Zwitserland 15 kV 16,7 Hz. Mulhouse ligt aan de lijn Strasbourg-Basel. De SNCF heeft op station Basel SBB een paar eigen kopsporen, Dit deel van het station ligt op Frans grondgebied en heet Basel SNCF. Wij waren hier in juli 2007 op bezoek, met als voornaamste doel het grote spoorwegmuseum Cité du Train. Ook bezochten we het Musée de l'Impression sur Etoffes, dat gewijd is aan een belangrijke industrie uit deze streek: het bedrukken van textiel. Helaas hadden we geen tijd voor het grote automuseum, Cité de l'automobile, waar meer dan 400 klassieke auto's zijn te zien.
Mulhouse heeft een uitgebreid tramnet gekend. De trams zijn geleidelijk vervangen door bussen. Na de Tweede Wereldoorlog verdween de laatste tram. In mei 2006 keerde de tram op twee lijnen weer terug in het straatbeeld. Hier rijden nu lagevloertrams (Alstom Citadis). De trams hebben eenmansbediening. Bij elke halte staat een kaartjesautomaat. Au temps du tram et du trolley à Mulhouse. Bernard Fischbach et Jacques Kirchmeyer. Editions Alan Sutton, 2006. ISBN 2849104035. Geschiedenis van het openbaar vervoer in en rond Mulhouse, vanaf de eerste stoomtram in 1882 tot de heropening van twee tramlijnen in 2006.
Mulhouse heeft een flink treinstation. In 1944 zijn het station en de stationsomgeving zwaar beschadigd bij een Amerikaans bombardement. Een snelle manier om vanuit Nederland in Mulhouse te komen is per ICE naar Basel te reizen, en dan nog een half uurtje met een regionale trein. Maar je kunt ook via Parijs reizen; Mulhouse is sinds 2006 aangesloten op het TGV-netwerk. De TGV rijdt met 200 km/uur door naar Basel.
Wij logeerden in Hotel du Musée (www.hotelmuseegare.com), op vijf minuten loopafstand van het station. De eigenaar stamt uit een spoorwegfamilie. In de foyer zijn allerlei spoorse zaken te zien, waaronder een groot model van een Franse e-loc, die de hoteleigenaar cadeau heeft gekregen van de directeur van het spoorwegmuseum, die bijna 30 jaar in dit hotel heeft gewoond. Ook de tekening van de stoomlocomotief is door hem gemaakt. Muurschildering in de parkeergarage van het hotel: Visitez le musée du chemin de fer.
Ons hotel had geen restaurant, maar op loopafstand zijn veel restaurants te vinden, ook voor degenen die de voorkeur geven aan de Nederlandse keuken (Italiaans, Mexicaans, Chinees).
In Mulhouse zie je onder veel straatnaambordjes een bordje met de naam in het Duitsachtige dialect. Tijdens de Tweede Wereldoorlog heette de Place de la République "Hermann Goering Platz". Tot grote hilariteit van de bevolking werd de Rue du Sauvage door de bezetters omgedoopt in "Adolf Hitlerstrasse". De bevolking in deze streek is zeer vriendelijk. Je wordt hier niet, zoals bijvoorbeeld in de Ardennen, als een idioot behandeld wanneer je geen vlekkeloos Frans spreekt. Vaak schakelt men dan moeiteloos over op het Duits. Ook tref je hier nauwelijks straatvuil of graffiti aan. |
Utrecht, 9 september 2007. Een rond 2000 gerenoveerd tramstel van de Sneltram Utrecht-Nieuwegein en een Citadis van Alstom, die voor een dagje proefrijden was overgekomen uit Mulhouse. |
Au temps du tram et du trolley à Mulhouse. Bernard Fischbach et Jacques Kirchmeyer. Editions Alan Sutton, 2006. ISBN 2849104035. Geschiedenis van het openbaar vervoer in en rond Mulhouse, vanaf de eerste stoomtram in 1882 tot de heropening van twee tramlijnen in 2006. |