Bussum in vroeger tijden

door Edward Bary

Dit artikel is met toestemming en medewerking van de auteur overgenomen uit het informatiebulletin van de Stichting Mat’54 Hondekop-Vier (nummer 4, jaargang 2003). Hieronder staan meer foto's dan in het blad. De foto's uit de jaren vijftig zijn welwillend ter beschikking gesteld door de heer J.G.C. van de Meene.




Een stukje Gooi-spoorlijn in beeld gebracht

In ons vorige bulletin gaf ik een beschrijving van mijn ervaringen als vakantiewerker op het station Naarden-Bussum medio jaren zestig. Ik maakte de reis vanuit mijn woonplaats Hilversum naar mijn vakantiebaantje op het station in Bussum veelal per trein en af en toe per brommer of fiets over de parallel aan de spoorlijn lopende weg, de Lage Naarderweg overgaand in de Naarderweg (thans de N 524). De route via de fietspaden over de Westerheide bleek zelfs korter, maar minder "spoors".

In dit artikel ga ik wat dieper in op de plaatselijke spoorinfrastructuur van dit station en het baanvak tussen Hilversum en Bussum, in het bijzonder in de jaren zestig en in de periode direct voorafgaande aan de modernisering van de beveiliging in 1959. Laten we de reis nogmaals maken per trein van Hilversum naar Bussum (de kilometrering is aflopend richting Amsterdam); nù een ritje van 5 minuten (per sneltrein), resp. 8 minuten (per stoptrein).

Hilversum Noord

Direct ten noorden van het viaduct in de Johannes Geradtsweg / Insulindelaan in Hilversum ligt de halte Hilversum Noord (Hvsn km 26.910). Deze halte werd op 29 september 1974 in gebruik genomen als Hilversum NOS (officiële opening op 25 september) en was genoemd naar het op steenworp afstand gelegen Radio en TV-complex van de Nederlandse Omroep Stichting (NOS), een terrein wat later is uitgegroeid tot het Mediapark. De halte was bedoeld om bezoekers van dit complex een makkelijke verbinding te geven, maar was zeker ook bedoeld voor de inwoners van de inmiddels flink uitgedijde naoorlogse wijk Hilversum Noord. Het paste in de filosofie van het aanleggen van voorstadshaltes (zie Bussum Zuid).

Vanaf 28 mei 1989 heet de halte Hilversum Noord. Deze halte bestond in de zestiger jaren derhalve nog niet, het aangrenzende gebied wat het huidige Mediapark omvat, was nog een korenveld en had een licht glooiend landschapskarakter. Het gebied gaf vanaf het hoogste punt, De Trompenberg, een fraai panoramisch uitzicht.

Crailoo

Voorbij de Crailoosche brug aan de noordkant van Hilversum was aan de rechterzijde van de spoorlijn de Stapelplaats Crailoo (Cra km 24.404) gevestigd. Dit onder de Dienst van Weg en Werken vallende emplacement was de "voorraadschuur" van bovenbouwmaterialen. Allerlei materialen zoals dwarsliggers, bevestigingsmaterialen e.d. lagen er hoog opgestapeld. Van oorsprong was Crailoo een zanderij, gelegen op een hoger gelegen zandrug, zoals er meerdere zandruggen in het Gooi voorkwamen.

De Trompenberg, de Zwaluwenberg, Anna’s Hoeve waren in de ijstijd opgestuwde zandwallen rond Hilversum. De Stapelplaats Crailoo werd in 1909 in gebruik genomen. Het lag op het terrein ten oosten van de hoofdsporen en waar eerder een zanderij was. Ook ten westen van de hoofdsporen is een zanderij geweest. Van vóór 1875 tot na 1905 is afwisselend uit deze beide zanderijen met tussenpozen zand gehaald. In 1882 is op een deel van het terrein van de zanderij aan de oostzijde de halte Renbaan Bussum geopend. Deze halte is verschillende keren in gebruik geweest. In 1882 is tussen Naarden-Bussum en Hilversum en Hilversum een wegbrug gemaakt voor toegang tot de Renbaan. Dit zou de Crailoosche brug kunnen zijn geweest, want die staat niet in de lijst van kunstwerken uit 1874. Waarschijnlijk is er in 1893 ook bij de westelijke zanderij een perron gemaakt voor de halte Renbaan.

Crailoo, km 25.7. Voorsein A–V, gezien in de richting Bussum (aansluiting Stapelplaats). Tweede foto: Crailoo, km 24.7. Sein C, met in de verte het nog niet in gebruik zijnde lichtsein dat de functie van dit armsein zal overnemen. Links trein nummer 1829 op weg naar Amersfoort. Foto's J.G.C. van de Meene, 8 oktober 1959.

We keren weer terug naar de modernisering in 1959. Het emplacement Crailoo was in de nieuwe NX-beveiliging alleen te bereiken vanuit Bussum via een wisselverbinding vanaf de hoofdbaan.

Voorsein 60 en bediend hoofdsein 66 gaven in de moderne beveiliging (vanuit post T Ndb) toegang. Op het emplacement was tevens een vuiloverslaginrichting gevestigd voor de afvoer van het Gooise huisvuil per spoor. De VAM-treinen werden geplaatst en gehaald vanuit Bussum en van hieruit naar Amersfoort getransporteerd voor de verdere aansluiting op de VAM-treinen naar Wijster. Sinds 1999 behandelt de stapelplaats tevens het vervoer van spoorstaven en heeft het de functie van de Spoorstaaflasinrichting uit Utrecht (Sli) overgenomen. Er werden hiertoe nieuwe installaties gebouwd en er verrezen enkele nieuwe dienstgebouwen. Onder de nieuwe naam Railpro worden tal van soorten bovenbouwmaterialen geleverd.

Crailoo, km 24.404, blokpost I. Sneltrein 223 met elektrische locomotief 1147 is op weg van Amsterdam naar Amersfoort (- Enschede); 8 oktober 1959. Op de achtergrond de nog onverbouwde watertoren van Bussum. Foto J.G.C. van de Meene.

Sinds de aanleg van een verbindingswissel aan de zuidzijde (wissel 81 en de overloopwissels 83A/83B in het GR- en GG-hoofdspoor) is Crailoo voor goederentreinen nu ook rechtstreeks vanuit Hilversum bereikbaar. Wissel 81 is daartoe met een Ot-grendel (ontspoortong) beveiligd. De wissels worden centraal bediend vanuit post Amersfoort. Deze mogelijkheid kwam met ingang van 2 oktober 1999 (wijzigingsblad op het bedieningsvoorschrift voor Amersfoort Procesleiding) in gebruik. Aan de noordkant bestond al dezelfde mogelijkheid, maar dan met wissels 55A/55b en 57 (Ot).

Op het emplacement zelf is alleen het stamspoor 933 met de uitrijseinen 70 en 83 (dwergseinen) beveiligd; de rest van het emplacement kent handbediende wissels.

Tegenover de stapelplaats lag aan de andere kant van de spoorlijn het openluchtzwembad Crailoo. Voor de toenmalige jeugd was het een fraai en ‘s zomers drukbezocht zwembad. Door de afgraving lag het in een lager gelegen kom. Dit zwembad is verdwenen en de locatie is bebouwd met kantoren. Ongeveer op deze plaats wordt thans gewerkt aan de bouw van een wildviaduct over de spoorlijn.

Watertoren Bussum

Kort voor Bussum ligt aan de linkerzijde de watertoren van Bussum en wordt het viaduct in de Bussummergrindweg gepasseerd. Via de Brinklaan bereikt men via de openbare weg het centrum van Bussum. De zuidelijke, naar het oosten lopende, Ceintuurbaan vormde de grens van de bebouwde kom met de uitgestrekte heidevelden. De watertoren werd gebouwd in 1897 naar een ontwerp van Ir. H.P.N. Halbertsma en is buiten gebruik.

De Bussumse watertoren en de Gooispoorlijn liggen al ruim 106 jaar naast elkaar; de toren was voor de treinreizigers tussen Hilversum en Bussum een markant herkenningspunt. Inmiddels is de toren door de dichte begroeing aan het oog onttrokken. Foto's gemaakt op 5 augustus 2003.

In opdracht van het waterleidingbedrijf (Bussumsche Waterleiding Maatschappij, een dochterbedrijf sinds het begin van de 20ste eeuw van de N.V. De Industriële Maatschappij) werd in 1967 een verbouwing uitgevoerd. Hierbij is de mantel rond het waterreservoir vervangen en zijn de oorspronkelijke raampjes in de romp verwijderd. Voor de verbouwing was de hoogte 35 m, na de verbouwing 30 m. De huidige eigenaar is het Ingenieursbureau NIBE uit Naarden. Er zijn plannen voor verbouwing tot kantoor. Het is de bedoeling om de toren zelf in gebruik te nemen. De toren is niet voor het publiek toegankelijk.

Ir. Halbertsma bouwde soortgelijke watertorens in Meppel (1893, ijzeren waterreservoir met een inhoud van 230 m3, type Intze) en Almelo (1893, 300 m3, hoogte 40 meter). Ook de toren van Sneek vertoont overeenkomst; deze laatste is ontworpen door een naamgenoot, de heer G. Halbertsma. De torens hadden aanvankelijk een ijzeren waterreservoir van het type Intze. De genoemde torens zijn alle in ronde vorm gebouwd in baksteenuitvoering met een uitkragend reservoirgedeelte.

Bussum Zuid

Direct achter het viaduct ligt de halte Bussum Zuid (Bsmz km 23.820) langs de hoofdsporen 921 en 932. Op 21 mei 1966 werd wat toen nog de "parkeerhalte" Bussum Zuid heette geopend. Samen met de identieke halte Utrecht-Overvecht waren dat in feite in die jaren de eerste voorstadsstations, die geopend werden. Het begrip "Park and Ride" (P & R) raakte langzaam ingeburgerd. Deze voorstadshaltes waren voorzien van (voor die tijd) ruime parkeergelegenheid. Beide haltes waren het begin van wat in latere jaren op ruime schaal werd toegepast. Eenvoudige zijperrons langs bestaande spoorlijnen met een eenvoudige loketbediening in een zeshoekig gebouwtje. Het was de opmaat voor de bereikbaarheid van de uitdijende grote steden.

Op bovengenoemde datum fietste ik over de hei van Hilversum naar Bussum om de opening van nabij mee te maken. Een prachtige voorjaarsdag. Hondekoptreinstel 750 viel de eer te beurt een rit voor de genodigden te rijden. Het stel kwam uit de richting Hilversum (leeg uit Utrecht), stopte langs het nieuwe perron voor het instappen van genodigden en reed om 10.44 uur door naar Naarden-Bussum om daar kop te maken en vervolgens weer terug te rijden naar Bussum Zuid en om nu langs het andere perron te halteren. Na het houden van toespraken door o.a. de heer Uylenbek van de NS en de Burgemeester van Bussum werd de halte officieel voor geopend verklaard. Vanaf het dienstregelingjaar mei 1966 werd de halte bediend door stoptreinen.

De halte Hilversum Soestdijkerstraatweg bestond al langer, maar was aanvankelijk niet bedoeld als parkeerhalte. Deze halte, later omgedoopt tot Hilversum Sportpark, was meer gericht op het nabij gelegen sportcomplex. De hier gelegen paardenrenbaan, voetbalvelden en de evenementenhal, de "Expohal", trokken in die jaren vele bezoekers, waarvan een groot deel per trein reisde. De omgeving is hier intussen ingrijpend veranderd. Een scholencomplex en het kantorenpark Arena bepalen nu het beeld voor de treinreiziger.

Vanaf de parkeerplaats is te zien, dat de halte startte met een eenvoudig houten noodgebouwtje; op 3 februari 1970 werd een zgn. Sextant geplaatst. Het noodgebouw was afkomstig uit Zoetermeer (Oost). De "Sextant" (de bijnaam voor het zeskantig gebouwtje) is een ontwerp van Ir. C. Douma. Daarvan zijn er tussen 1968 en 1979 zestien van gebouwd; deels zijn ze weer verdwenen. Tweede foto: Treinstel 750, komend van Naarden-Bussum, stopt aan de nieuwe parkeerhalte Bussum-Zuid. Het is 10.50 uur geweest en de officiële opening is nabij! Deze foto's zijn gemaakt door Edward Bary, op 21 mei 1966.

Gelijkvloerse kruisingen

“Half december 1954 is begonnen met de werkzaamheden ter verbreding van de bewaakte overweg in de generaal de La Reyweg in Bussum. Deze overweg die voorheen 10 m breed was, krijgt een nieuwe breedte van 17 m. Er komen voorts een betonbevloering en twee stellen dubbele afsluitbomen. Naar verwachting zal de vernieuwde overweg half januari 1955 in dienst komen. Het ligt in de bedoeling in de loop van de eerste helft van 1955 aan weerszijden van deze overweg een rood knipperlicht te plaatsen, waarmee het sluiten en gesloten zijn der bomen kan worden aangekondigd.” (Spoor- en Tramwegen, 24 december 1954)

Voorbij Bussum-Zuid ligt een viertal gelijkvloerse wegkruisingen met het spoor. Bij de modernisering van de beveiliging van de Gooilijn in 1959 werden deze bediende overwegen alle omgebouwd tot ahobs. Achtereenvolgens zijn dit de overwegen in de Gooibergstraat (km 23.315), Herenstraat (km 22.951), Meerweg (km 22.710) en Generaal de la Reylaan (km 22.290). Op de foto’s van J.G.C. van de Meene treft u de situatie aan ten tijde van de oude, mechanische beveiliging, nl. in oktober 1959.

Cacaofabriek Bensdorp

Ter hoogte van km 23.0 lag aan de linkerzijde de cacaofabriek van Bensdorp. Deze fabriek kon een welriekende chocoladegeur verspreiden en had vanaf het emplacement Bussum een eigen spooraansluiting ten behoeve van de plaatsing van wagons met halfproducten voor deze fabriek.

Naarden-Bussum, km 23.3. Links wachtpost 25 en op de achtergrond de cacaofabriek van Bensdorp; 8 oktober 1959. Tweede foto: Naarden-Bussum, km 22.9. Rechts het richtingbordessein (inrijsein); 8 oktober 1959. Links wachtpost 24, een oud model. Bij km 22.901 lag de halte Heerenstraat. Foto's J.G.C. van de Meene.

Naarden-Bussum

Het station Naarden-Bussum (Ndb) ligt bij km 22.142 (kern van het hoofdgebouw), dus iets meer dan zes kilometer verwijderd van het station Hilversum (km 28.369). Het station heeft een eilandperron met de perronsporen 2 (spoor 952b) en 3 (953b) en een eerste perron met perronspoor 1 (951b). Beide perrons zijn met elkaar verbonden met een voetgangerstunnel. Aan de zuidzijde ligt ook nog een tunnelingang en -uitgang voor voetgangers/reizigers, waardoor vanaf het middenperron ook de parkeerplaats te bereiken is. Aan de noordkant lag een gelijkvloers dienstovergangspad.

Het stationsgebouw is een ontwerp van NS-architect Ir. H.G.J. Schelling en is gebouwd volgens bestek 1322 HS uit 1924. Het gebouw was gereed in 1926 en werd in kubistisch expressionistische bouwstijl gebouwd. Het gereed zijn werd gemeld in het "Verslag aan de Koningin over openbare werken in het jaar 1926". De bouw is door de HSM/SS gearchiveerd bij Rev. 184-14 dd. 28 september 1928 waarmee het administratief geboekt werd. Kenmerkend is de toepassing van veel baksteen, wat ook tijdgenoot Dudok niet vreemd was. De sporen 1 en 4 zijn in principe de doorgaande sporen voor sneltreinen en goederentreinen.

Stationsgebouw van Naarden-Bussum, 1 juli 2003. Het ontwerp is van Ir. H.G.J. Schelling. De bouwstijl is kubistisch expressionistisch. De middenperrongebouwen en de overkapping te Ndb zijn gemaakt tussen 1915 en 1919 en waren dus veel eerder klaar dan het stationsgebouw. Vóór 1926 stond er een stationsgebouw dat vrijwel identiek was aan het oude station van Hilversum.

Aan de noordkant ligt de gelijkvloerse overgang in de Zwarteweg/Comeniuslaan ter hoogte van km 21.917. Hier stond ook het gebouwtje van post T. De foto’s van Van de Meene laten de situatie zien met de oude mechanische beveiliging. Deze overweg werd tot december 1996 door een overwegwachter op post T bediend. Sinds de invoering van procesleiding op de Gooilijn wordt deze overweg bediend vanuit Amersfoort en op afstand bewaakt met camera’s.

Deze overweg en die in Hilversum heten officieel EBO’s: elektrisch bediende overwegen. In Nederland zijn nog vier van dergelijke overwegen in bedrijf (ook nog te Zutphen en Roermond). De voormalige post T-gebouwtjes in Bussum en Hilversum kunnen (nog) niet gesloopt worden omdat de daarin aanwezige relaisapparatuur nog operationeel is. Het computergestuurde procesleidingssysteem (VPT) is een bovenliggend besturingssysteem, dat op veel plaatsen nog gebruikt maakt van relaisaansturing. De beide Gooise EBO’s vormen een beperking in de optimalisering van de dienstregeling van het treinverkeer op de Gooilijn en zijn voor het lokale wegverkeer een hindernis vanwege langdurig gesloten bomen.

Naarden-Bussum, km 22.0; 8 oktober 1959. Treinstel 618 (ELD-4 mat’36) vertrekt als trein 1836 (Amersfoort-Amsterdam) van het eerste perron (spoor 1) naar Amsterdam. Vanwege werkzaamheden was het gebruikelijke perronspoor 2 niet beschikbaar. Op de achtergrond de bordesseinbrug met de uitrijseinen voor de sporen 1, 2 en 3. Nog juist zichtbaar is het dak van seinhuis post II, vlak bij de plek waar de NX-post een maand later (2 november) in gebruik zou worden genomen. De nieuwe lichtseinen 32 en 34 zijn al geplaatst, maar nog niet in dienst. Tweede foto: Naarden-Bussum, km 22.0, 8 oktober 1959. Nogmaals de bordesseinbrug, maar nu met sneltrein 125 uit Amsterdam (Groningen/Leeuwarden), getrokken door E-loc 1150. Rechts seinhuis post II. Foto's J.G.C. van de Meene.

Verder noordelijk bestaat het emplacement uit vier elektrische sporen 1 tot en met 4 ((951a, 952a, 953a en 954a) en het niet elektrische spoor 5 (955a) – alle in een naar noordwest afbuigende boog - die per rijrichting samenkomen nabij de overweg in de Kon. Wilhelminalaan (km 21.100), die ook van een ahob is voorzien. Deze boog is te berijden met een maximum snelheid van 80 km/uur. De seingeving en snelheidsbebording geven dit aan.

Voorbij deze overweg liggen in de hoofdbaan nog de overloopwissels 1A/1B) waarna ter hoogte van de Karnemelksloot de vrije baan doorgaat in het Naardermeer. Vanaf inrijsein 2 (rechterspoor) en 4 (linkerspoor) gezien vanuit de richting Amsterdam is de bediening van wissels en seinen van de Gooilijn vanuit post Amersfoort. Na de passage van het Naardermeer liggen bij de Keverdijk weer overloopwissels die onder de bediening van procesleidingspost Amsterdam (treindienstleider Weesp) vallen.

Naarden-Bussum, km 21.9. Links seinhuis II, rechts de nieuwe post T die binnenkort in gebruik zal worden genomen; 8 oktober 1959. Foto J.G.C. van de Meene. Op de tweede foto de situatie op 15 juli 2003. De overweg in de Comeniuslaan is twee keer zo breed geworden. De overwegbomen worden vanuit Amersfoort bediend.

Het baanvak Naarden-Bussum - Hilversum is ingericht (sinds 2 oktober 1999) voor automatisch blokstelsel voor dubbel-enkelspoor rijden, voorzien van ATB, wat wil zeggen, dat per spoor in beide richtingen op (automatische blok-)seinen gereden kan worden. Uit de foto’s blijkt, dat Bussum diverse bordesseinen heeft gekend en drie bordessen over alle sporen, nl. bij km 21.8 inrijseinen uit de richting Amsterdam, bij km 22.0 uitrijseinen richting Amsterdam en bij km 22.3 uitrijseinen richting Hilversum. Van de grote bordessen bestaat alleen die bij km 21.8 nog (seinen 24 en 26) in een moderne versie. Het emplacement had enkele los- en laadsporen en een goederenloods. De ruimte is hier nu in gebruik als parkeerplaats en tal van deze sporen zijn ingekort of verdwenen.

Naarden-Bussum, km 22.704; 8 oktober 1959. Rechts blokpost IV, links wachtpost 23. Achter de blokpost staan de wachtposten 22 + 22a (dubbele woning). Tweede foto: Naarden-Bussum, km 22.3; seinbrug met de uitrijseinen richting Hilversum; 8 oktober 1959. Hier stond seinhuis III, dat deze seinen bediende. Treinstel 603 (ELD4, mat’36) vertrekt als trein 1833 naar Amersfoort. Foto's J.G.C. van de Meene.

Naarden-Bussum, km 21.8, 8 oktober 1959. Seinbrug met de inrijseinen voor treinen uit Amsterdam. Tweede foto: Naarden-Bussum, km 20.6, 8 oktober 1959. Blokpost GB bij de overweg met de nog handbediende spoorbomen. Vlak voor de modernisering (per 2 november 1959) passeert E-loc 1206 met trein 128 (Groningen/Leeuwarden), bestaande uit Plan E-rijtuigen op weg naar Amsterdam. De automatische knipperlichtinstallatie en (in de verte) het daglichtsein staan al gereed. Foto's J.G.C. van de Meene.

Bussum uit de slaap gewekt

Het dorp ontwikkelde zich de eerste decennia van de vorige eeuw moeizaam. Zo telde het dorp in 1873 nog slechts 1200 inwoners. Daarna ging het beter: in 1919 zijn dit er al 18.000 en 1940 is het aantal tot 30.000 gegroeid. Deze stormachtige ontwikkeling dankte Bussum aan de spoorlijn Amsterdam-Amersfoort en de daaruit voortkomende opening van het station Naarden-Bussum in 1874.

Vanaf dat moment konden voornamelijk rijke en welgestelde Amsterdammers zich op de hooggelegen en dus gezonde zandgronden van Bussum vestigen en toch in Amsterdam blijven werken. In deze periode ontstaan de wijken 'Het Spiegel', 'Brediuskwartier', het 'Prins Hendrikpark' en het huidige centrumgebied. De groei van de voorzieningen als scholen, ziekenhuis en winkels hield gelijke tred met de bevolkingsaanwas. Bussum was in 1920 in grootte gemeten de vierde gemeente in Noord-Holland na Amsterdam, Haarlem en Hilversum. Een positie die Bussum deelde met Alkmaar en Den Helder.

Dienstregeling op de Gooilijn in de vijftiger jaren

In de jaren vijftig beheersten Blokkendoosmaterieel 1924, mat. 1936, mat. 1946 en mat. 1954 de Gooilijn. De stoptreinen serie 1800 reden vanaf de zomerdienst 1955 tot de zomerdienst van 1959 van Amersfoort, doorgaand via Amsterdam naar Alkmaar v.v. Vanaf Amsterdam werd dat de serie 2400. In Hilversum en Bussum hingen toen (handbediende) perronaanwijzers met de eindbestemming Alkmaar en Amersfoort.

Ik had familie in Alkmaar en ik reisde als kind tijdens vakanties vanaf Hilversum daar alleen naar toe; op het balkon achter de bediende cabine van een Blokkendoosstuurstandrijtuig met het rolgordijntje omhoog (!!). Dat moest je wel aan een bereidwillige machinist even vragen. Ik werd in Hilversum door mijn ouders op de trein gezet en in Alkmaar weer door oom en tante afgehaald, dus "er kon niks gebeuren onderweg…".

De treindienst kende een starre halfuursdienst in beide richtingen, zowel naar Amersfoort/Amsterdam als naar Utrecht, met de nodige spitsaanvullingen. De sneltreinen reden het station zonder stoppen voorbij. Pas met de invoering van Spoorslag 70 wordt een geheel nieuw dienstregelingconcept ingevoerd, met een aanzienlijke verhoging van het treinverkeer op de Gooilijn en een gewijzigde materieelinzet (o.a. materieel 1964 met geheel andere rijdkarakteristieken).



Naarden-Bussum, km 22.0, 26 juni 1973. Over spoor 1 passeert trein E1528 uit Bad Harzburg naar Amsterdam, getrokken door E-loc 1103. Achter de loc hangen drie rijtuigen plan D (zgn. Bolkoprijtuigen), namelijk een AB uit de serie 7700, een B uit de serie 7800, weer een AB, daarachter vermoedelijk een postrijtuig plan E, een bagagerijtuig (stalen D) en nog vijf (niet herkenbare) rijtuigen. De trein heeft om 16.12 uur een tussenstop in Hilversum gemaakt en passeert Naarden-Bussum ongeveer 6 minuten later.

Links is de parkeerplaats te zien waar vroeger drie tramsporen lagen van de Gooische Stoomtram; de oorspronkelijke overkapping van de tramperrons is bewaard gebleven (hier is in 2003 een fietsenstalling gebouwd).

Tweede foto: Naarden-Bussum, 26 maart 1977. Treinstel 766, nog in zijn groene periode, op kop van een intercity richting Hilversum. Dit treinstel is in rijdende staat bewaard gebleven dankzij de Stichting Mat'54 Hondekop-Vier. Links is het laad- en losperron zichtbaar; deze plek is inmiddels ingericht als parkeerruimte.



Geraadpleegde bronnen en personen

  • De heer J.G.C. van de Meene te Zwolle voor foto’s en informatie; tevens nalezen en aanvullen van het script.
  • ProRail Railverkeersleiding voor het raadplegen van baanvaktekeningen
  • Henk Rienks, secretaris Nederlandse Watertoren Stichting (aanbevolen bron: www.watertorens.nl)
  • Oud-plaatsgenoot Nico Spilt voor zijn Bussumse foto’s.
  • Stationnementen (Victor M. Lansink), Europese Bibliotheek – Zaltbommel (2001), ISBN 90 288 3518 0
  • Kijk op Stations (Peter Saal & Flip Spangenberg), Uitgeversmaatschappij Elsevier - Amsterdam/Brussel ISBN 90 10 04533 1
  • Aanbevolen bron: de treinbeveiligingssite van Marc Pieters: www.marcrpieters.nl
  • Aanbevolen literatuur: NVBS-uitgave "De beveiligingen bij de Nederlandse Spoorwegen"/Op de Rails, 48e Jaargang – 1980 SW (het Seinwezennummer)
  • Aanbevolen (en geraadpleegde) bron: Internetsite van de Gemeente Bussum: www.bussum.nl
  • Bart Peters voor zijn grafische ondersteuning en tekstadviezen
  • NS-personeelsblad De Koppeling: 156, 157, 160, 161, 318, 524, 526, 531


Zie ook:




vorige       start       omhoog